Harry Mulisch

Elk literair genre de baas
Haarlem, 29 juli 1927 - Amsterdam, 30 oktober 2010

Harry Mulisch is misschien wel de bekendste schrijver van Nederland. Iedereen kent het opvallende portret van zijn zilvergrijze haardos, welgeproportioneerde neus en twinkelende oogjes; Mulisch is altijd op zoek naar een verhaal.

'Ik bén de Tweede Wereldoorlog'

Samen met Gerard Reve en W.F. Hermans behoorde Mulisch tot de generatie ‘naoorlogse schrijvers’. Harry Victor Mulisch werd in 1927 in Haarlem geboren. Tijdens de oorlogsjaren ging hij bij de huishoudster Frieda Falk wonen en legde daar de eerste kiem voor zijn schrijverschap. Doordat Mulisch’ moeder Joods was en zijn vader een collaborateur, bevond hij zich in een bijzondere positie. ‘Ik bén de Tweede Wereldoorlog,’ is in dit verband een bekende uitspraak van hem. De holocaust en het oorlogsgeweld spelen dan ook een prominente rol in zijn oeuvre.

Het stenen bruidsbed (1959) is de eerste roman waarin Mulisch over de vernietiging van de Tweede Wereldoorlog schrijft. Dit boek gaat over de terugkeer van de tandarts Norman Corinth naar de stad Dresden. Tijdens de oorlog heeft hij als piloot bijgedragen aan het massale geallieerde bombardement dat de gehele stad in puin legde. In de roman laat Mulisch zien dat in oorlog slechts zinloze gruwel overheerst.

Geëngageerd schrijver

In de periode hierna, de jaren zestig, profileerde Mulisch zich als een ‘geëngageerde’ schrijver. Mulisch voelde zich destijds zeer betrokken bij de grote veranderingen die de maatschappij doormaakte. Zodoende schreef hij over Cuba, Provo, Vietnam en de berechting van oorlogsmisdadigers. Dit deed hij echter niet in de vorm van een roman. ‘In de oorlog schrijf je geen romans,’ zei Mulisch toen in een interview. Wel publiceerde hij in deze periode enkele reportages en pamfletten. Zo schreef hij bijvoorbeeld De zaak 40/61 (1962), een journalistiek verslag van het proces tegen de oorlogsmisdadiger Adolf Eichmann in Jeruzalem.

Goed en kwaad

Vanaf Twee vrouwen (1975), een boek dat gaat over een ingewikkelde liefdesrelatie tussen twee vrouwen, legde Mulisch zich weer toe op de roman. Na dit ‘uitstapje’ gebruikte Mulisch opnieuw de Tweede Wereldoorlog als aanleiding om filosofische en psychologische kwesties te beschrijven (zie ook: W.F. Hermans). Het gaat in deze romans om schuld en verantwoordelijkheid en om goed en kwaad. Een goed voorbeeld hiervan is de bestseller De aanslag (1982). Dit boek verhaalt over een aanslag die tijdens de Duitse bezetting door het verzet wordt gepleegd op de NSB’er Fake Ploeg. De buren leggen het lijk voor het huis van Anton Steenwijk. Als represaille worden Antons ouders opgepakt en vermoord door de Duitsers. Tijdens het verdere leven van Anton krijgt de lezer verschillende perspectieven op de aanslag te zien. Zo wordt duidelijk dat objectieve schuld niet bestaat, maar afhankelijk is van hoe je in de situatie staat. Van De aanslag werden 500.000 exemplaren verkocht en het boek maakte Mulisch plotsklaps bekend bij het grote publiek.

Op zoek naar het magische

Behalve door de oorlog is Harry Mulisch ook gegrepen door het fantastische, het magische. Als schrijver wil Mulisch niet de gewone werkelijkheid uitbeelden. Hij wil door dromen, mythen en fantastische gebeurtenissen het alledaagse verbinden met het mysterieuze en het goddelijke. Daarom noemt Mulisch zichzelf een ‘alchemistische’ schrijver. Met romans als De procedure (1998) en Siegfried (2001), een spannende roman over de zoon van Hitler, probeert hij een dieperliggende samenhang onder de dagelijkse realiteit bloot te leggen.

Een boek waarin het fantastische en het magische goed naar voren komt, is zijn magnum opus ofwel levenswerk De ontdekking van de hemel (1992). In deze roman is Quinten Quist door het lot uitverkoren om via een fantastische queeste de stenen tafelen (de tien geboden van Mozes) te vinden en naar God terug te brengen. De roman herbergt de hoofdgedachte dat de mens het verbond met God heeft verbroken. De mens heeft zichzelf uitgeleverd aan de techniek en dit betekent zijn ondergang.

Literaire erfenis

De literaire erfenis van Harry Mulisch bestaat uit een ontzagwekkend oeuvre, waarin de auteur laat zien dat hij elk literair genre de baas is. Hij schreef onder andere essays, toneelstukken, dichtbundels, romans, reportages, filosofische werken en biografieën. Bovendien ontving Mulisch alle literaire prijzen die in Nederland bestaan– en dat aantal is niet gering!

Gaea Schoeters: De elementen

Schrijfster Gaea Schoeters leest in coronatijd elke dag het begin van een boek voor. Op dag 37 leest zij uit De elementen van Harry Mulisch.

Klara-podcast: De ontdekking van de hemel van Harry Mulisch

De literaire canon 50, met Gaea Schoeters. De Ontdekking van de hemel is in 2020 opgenomen in de literaire canon vanuit Vlaams perspectief. Mulisch zelf zou daar zelf zeer blij mee geweest zijn, hij beschouwde De Ontdekking Van de Hemel als zijn magnum opus.